Om Sana'a te verlaten moet er buiten de stad een konvooi gevormd worden. Dan gaat het noordwaarts. Bij Amran gaan we de stad bezoeken.
De oude stad van Amran is gerenoveerd door Unesco. De straten zijn nu verhard. De huizen zijn
onder gebouwd van steen en de rest is van leem. Op sommige plekken zijn oude
inscripties terug te vinden.
De oude stad is klein en na korte tijd staan we aan de andere kant. Hier is nog
tijd om even rond te kijken.
Bij een theehuisje drinken we thee. Als daar nog
een groep aankomt wordt het wel erg druk.
Bij het verlaten van de stad moet er weer een konvooi gemaakt worden. Behalve onze groep is er niemand, maar er is ook geen begeleiding. Een klein hutje bij de post bevat wapens die in beslag genomen zijn.
Na een uur mogen we alsnog (zonder begeleiding) doorrijden. Dit gaat goed tot 12:30.
Dan
komen we bij een controlepost die ons zonder begeleiding niet door wil laten.
Meer dan een uur staan we hier te wachten. Er wordt steeds gebeld hoe de status is van
de escorte. Bij de controlepost staat een bord dat automatische wapens verboden zijn.
Als een tractor langsrijdt zit hier wel iemand op met een AK47 op zijn rug.
Ondertussen zijn we wel aan een lunch toe. Een beetje 'soldatenbrood' stilt de grootste honger. Ook zonder beleg is dit brood lekker.
Eindelijk, na meer dan een uur komt de escorte aan. Al een paar kilometer verder komen
we op de plaats waar we gaan lunchen. Iedereen krijgt een bakje aardappelen, rijst en kip.
De controlepost wilde ons zelfs niet hier naar toe laten rijden...
We hebben veel tijd verloren als we doorgaan, nu met een escorte. Na twee afslagen komen we op een onverharde weg. Niet iedereen is hier even vriendelijk. Een paar kinderen gaan stenen gooien.
Bij een dorp (Al Kabaai?) stappen we uit de eigen auto's. We gaan de rest van de weg (die
steil omhoog gaat) verder in pickup trucks. Met 4 personen gaan we achterin. Vanwege
wegwerkzaamheden wordt er een alternatieve route genomen. Het gaat steil omhoog. Je moet je
achterin goed vasthouden. Al botsend achterin rijden we naar boven. Het is wel een
erg mooie route.
Het laatste stuk rijden we in het donker. We komen dan bij Shirara, dat op 2510 meter hoogte,
boven op een berg, ligt. De Funduq waar we slapen is niet al te groot. We slapen met
5 personen op matrassen op de grond, in een kleine kamer.
Na de aankomst gaan we eerst thee drinken (met een gember koekje) op het dak.
Eten doen we in een van de grotere kamers.
Na het eten worden er souvenirs aangeboden, vooral brede riemen om een dolk te dragen.