Het is een rustige dag met het ontbijt om 8:00 uur (pap en pannenkoeken).
Als acclimatisatie lopen we een stuk omhoog de (vrij steile) helling op tot een hoogte van 430 meter.
Als we terug in het kamp komen is de thee klaar. We kamperen op het laatste stukje gras voor de rotsen beginnen (morene). Een paar ijskoude meertjes liggen vlakbij de tenten.
In het kamp zitten er twee (onervaren) Zwitsers. Ze zijn de pas vanuit de andere kant overgestoken en zien er moe uit. Ze hebben geen pad gevonden en de nodige dagen gelopen (van heel vroeg tot heel laat) om tot hier te komen. Een van hun matjes was lek op de gletsjer, zodat een van hun op de rugzakken geslapen heeft. Ze lunchen samen met ons om iets bij te komen.
De lunch bestaat uit soep en een soort gefrituurd brood. Ook is er een pannetje met bonen in saus (lekker!).
's Middags gaan we oefenen met touwen en pickels. De stijgijzers gaan aan en we lopen aan het touw in het kamp rond. Bij een waterstroompje oefenen we het springen over een gletsjerspleet. De knoop in de vorm van een 8 (achtknoop) (Animatie). De lus wordt met een musketon aan de klimgordel vastgemaakt. De pickel houden we alleen vast het lopen. Bij de eerste gletsjerovertocht zullen we deze zelf niet gebruiken.
Als extraatje oefenen we tegen de berghelling de Prusikknoop (Animatie). Met de Prusikknoop kun je veilig afdalen ( en stijgen). Als je valt zal de knoop zich vasttrekken aan het klimtouw en val je dus niet verder. ( Folder KNBV over knopen).
Na het oefenwerk staat de thee alweer voor ons klaar.
Vandaag ben ik ook begonnen met preventief diamox (halve dosis) te slikken. Als gevolg hiervan voel ik tintelingen in de vingers (later ook de voeten..) en moet ik 's nachts
een keer de tent uit om te plassen.